In de communicatie kennen we natuurlijk doelgroepen. Die zijn meestal vrij abstract. Bijvoorbeeld ‘jonge vrouwen tussen de 20 en 30 jaar’, of ‘managers in maakbedrijven’. Daarom wordt er bijvoorbeeld in tijdschriftenland gewerkt met ijkpersonen, in de marketing meestal persona’s genoemd. Een ijkpersoon of persona is een ‘gemiddelde’. Een fictief, maar realistisch, persoon die staat voor de hele doelgroep die je wilt bereiken. In je communicatie hou je deze persoon steeds voor ogen. Je kunt je makkelijker verplaatsen in één persoon dan in een hele doelgroep.
Neem de spellen- en puzzelwinkel De Dobbelsteen. Hun doelgroepen zijn globaal:
Als je nu content wil gaan maken bestemd voor een bepaalde doelgroep, bijvoorbeeld ouderen, dan is dat best lastig. Je schrijft dan voor een hele grote groep en wilt daarin iedereen aanspreken. En dat lukt natuurlijk niet echt goed.
Door nu per doelgroep een persona te maken die representatief is voor die groep, kun je je content beter toespitsen en dus effectiever maken. Je maakt dan gericht content voor die persona.
Het voordeel van het werken met persona’s is dus dat het je content directer en dus effectiever maakt. Daarnaast kan iedereen binnen je bedrijf of organisatie met dezelfde persona’s werken. Dat maakt het duidelijk en behapbaar.
In de marketing wordt vaak gesproken over een buyer persona en een user persona. Een buyer persona is de omschrijving van ‘de klant’, een user persona is een omschrijving van een gebruiker van een product of dienst. Degene die betaalt/beslist is de ‘buyer persona’. Degene die het product of de dienst gebruikt de ‘user persona’. Het kan zijn dat het een en dezelfde persoon is, maar dit hoeft dus niet. In de arbeidsmarktcommunicatie is er sprake van een ‘candidate persona’. Dit is een omschrijving van de ideale kandidaat voor een functie. Op die persona kun je de vacature richten. Zie ook het artikel van Heleen Mes hierover.
Hoe maak je nu zo’n persona? Lees hiervoor de andere artikelen op de Kennisbank.